Veiligheidsreglement TC Waalwijk

Fietsen, en met name toerfietsen krijgt de laatste jaren steeds meer de aandacht in de media! De berichten zijn qua veiligheid, ongevallen en rechtszaken zelden positief. De toerfietser wordt door het publiek steeds meer gezien als een agressieve wegpiraat. Met name als deze in een groep rijden. Het is veel drukker op de weg en fietspad geworden dan jaren geleden dus dat vraagt om een andere kijk op toerfietsen en veiligheid.

WAT IS VEILIGHEID ?

Veiligheid is het bewust nemen van aanvaardbare risico’s. Totale veiligheid bestaat niet! Risico’s zijn verbonden met alle aspecten uit het leven, dus ook met het bedrijven van de toerfietssport. Het risico is aanvaardbaar als men zich houd aan de normen en gedragsregels van TCW. zo wordt het gevaar tot een minimum beperkt, zowel voor jezelf, je mede renners en voor de anderen weggebruikers

De laatste jaren zijn vele verenigingen en zo ook onze TCW overgegaan tot het aanstellen van “wegkapiteins”. Die worden geacht te handelen  naar de door NTFU opgestelde richtlijnen.

Een wegkapitein begeleidt de groep renners en zorgt dat de fietsers allemaal veilig en met plezier hun toer ritten kunnen maken. De wegkapitein maakt afspraken voor onderweg en wijst mensen vooraf op hun eigen verantwoording in het verkeer. Afspraken over onder andere de snelheid waarmee gereden wordt, de route, handgebaren en het gedrag op de weg, etc. Afspraken die zorgen voor duidelijkheid! Iedereen die meerijdt weet waar hij/zij aan toe is en alleen dat geeft al meer veiligheid.

Wegkapitein M/V     (onderstaand wordt bij ‘hij’ natuurlijk ook ‘zij’ bedoeld)

Het is veel drukker op de weg en fietspad geworden en dat vraagt om een andere kijk op toerfietsen en veiligheid. Een wegkapitein kan daaraan een belangrijk aandeel leveren.

  • Hij begeleidt de groep en zorgt dat fietsers allemaal veilig en met plezier hun toer ritten kunnen maken.
  • Hij maakt afspraken voor onderweg en wijst mensen vooraf op hun eigen verantwoording in het verkeer.
  • Afspraken over onder andere de snelheid waarmee gereden wordt, de route, handgebaren, gedrag op de weg, etc..
  • Afspraken die zorgen voor duidelijkheid, iedereen die meerijdt weet waar hij aan toe is en alleen dat geeft al meer veiligheid.
  • In zijn rol heeft hij oog voor de fietser(s) onderweg, ziet bijvoorbeeld dat vermoeidheid een rol gaat spelen en past daar de snelheid en organisatie op aan.
  • En hij heeft oog voor de situatie onderweg, drukke winkelstraten, spelende kinderen, snel naderende auto’s, andere fietsers.
  • Hij geeft leiding en zorgt ervoor dat de groep veilig met zo’n situatie omgaat.
  • Op verschillende manieren draagt hij bij aan een gezellig en veilig toerfietsklimaat.
  • Hij bestudeert vooraf de route zodat hij in grote lijnen weet hoe de route loopt.

Richtlijnen wegkapiteins

  • Voor vertrek duidelijke verdeling in groepen.
  • De maximale groepsgrootte is afhankelijk van het aantal opgekomen leden voor de rit, doch niet groter dan 20 personen.
  • Wie de leiding heeft als ‘wegkapitein’.
  • Waarheen de rit gaat.
  • Hoe laat je verwacht terug te zijn (zorg voor marge wegens pechgevallen).
  • Hij is altijd op de hoogte van de rit waar die heen gaat. gebruik van een GPS heeft hierbij de voorkeur.

Wacht met vertrekken totdat bovenstaande duidelijk is besproken.

Iedere deelnemer aan een toertocht of training is zelf verantwoordelijk voor het naleven van de onderstaande regels en de gedragsnormen.  Het bestuur zal leden die zich herhaalde malen niet aan de gestelde regels houden ter verantwoording roepen en daar waar nodig passende maatregelen nemen.

Onderstaand volgt een opsomming van regels en normen die bij TCW van kracht zijn en waar ieder lid zich aan dient te conformeren. Leden van het Bestuur, wegkapiteins en de TC zullen hier bij alle TCW ritten op toe zien.

Groepsnormen

  • De ritten zijn alleen voor (potentiële) clubleden.
  • Het dragen van onze clubkleding en helm tijdens clubritten (ook in de winter) is verplicht, handschoenen aanbevolen.
  • Iedereen moet iemand aanspreken die zich niet aan de gedragsregels houden.
  • We gaan zoveel mogelijk in 3 snelheidsgroepen rijden, te weten:
    Op zondagen : de C-groep 26/28 B-groep 28/30 en A-groep 32: dit is de gemiddelde snelheid.
    Op dinsdag- en donderdagavond: de C-groep 26/28, B-groep 30 en A-groep 34+. Dit is de gemiddelde snelheid. (doch de maximum snelheid mag niet hoger zijn dan 40 km/uur)
  • We zullen de verschillende snelheidsgroepen bij voorkeur niet samenvoegen.
  • De wegkapiteins bepalen voor vertrek hoeveel en welke groepen met welke wegkapiteins zullen rijden. Op dinsdag- en donderdagavond is een gezamenlijke aanloopperiode van de A- en B-groep alvorens de groepen gesplitst gaan worden.
  • We vertrekken niet eerder dan dat alle groepen verdeeld zijn en klaar staan.
  • De groepsgrootte is afhankelijk van de ritafstand. Bij voorkeur niet meer dan 14 doch maximaal 20 personen, de wegkapitein bepaalt hierin.
  • Is de opkomst gering? Dan wordt er in goed onderling overleg een groepsindeling gevormd met een daarbij passende snelheid afgesprokene, de wegkapitein bepaalt hierin.
  • De groep(en) rijden formatie, twee-aan-twee.
  • De ‘wegkapitein’ begint achteraan, bewaakt de groepsgrootte en ziet toe op de groep. Deze rijdt met GPS en met de juiste versie van de route.
  • Onze toerkalender/GPS is leidend.
  • Let op de snelheid en begin rustig.
  • Bij een lekke band wacht de hele groep en blijft bij elkaar.
  • Iedereen houdt zich aan de afgesproken snelheid.
  • Waarschuw elkaar luid en duidelijk bij obstakels en/of gevaarlijke punten: we zijn verantwoordelijk voor elkaars veiligheid.
  • Neem de verkeersregels in acht.
  • In de bebouwde kom, snelheid omlaag.
  • Na de bocht voorin rustig aanzetten.
  • Is er een grondige reden voor omkijken leg dan 1 hand op de schouder van degene naast jou nadat je die hebt gewaarschuwd.
  • In groepsverband is het verboden met losse handen te rijden.
  • Houdt altijd rekening met andere weggebruikers.
  • Overig verkeer waarschuwen, gebruik je fietsbel.
  • Zorg dat je voldoende getraind bent, kies de juiste snelheidsgroep en laat niemand achter.
  • Als er een ongeval is, zoek naar de oorzaak maak foto’s (bewijs gemeente/NTFU).
  • In elke groep rijdt iedereen op kop (maximaal 5 km).

Individuele normen

  • Zorg voor goed onderhouden materiaal;
  • Kies de juiste snelheidsgroep, vermoeidheid vermindert de alertheid;
  • Zorg voor een goede basisconditie;
  • Niet plotseling remmen, liever de berm in sturen als dat mogelijk is;
  • Geen grote waaiers vormen bij zij wind, vraag om minder snelheid;
  • Houd goed rechts op smalle wegen en zeker bij onoverzichtelijk bochten.
  • Geef tijdig door als je de groep vroegtijdig wilt gaan verlaten.
  • Heb je een slechte dag? Kies dan een andere snelheidsgroep.
  • Niet plotseling remmen (b.v. bij gemiste afslag), liever de berm in sturen als dat kan.
  • Oversteken van kruispunten: Wacht tot de hele groep over gestoken is, voor dat er weer wordt aangezet.
  • Houdt bij stilstand rechts, ook in geval van “lek” rijden.
  • Blijf op je plaats in de groep.
  • Voorste rijders: Rustig snelheid weer opbouwen. ook na een bocht.
  • Zorg dat je op tijd voor vertrek aanwezig bent bij Sportpark de Slagen.
  • Elk lid dient de aanwijzingen van de wegkapitein op te volgen, hier is geen discussie over mogelijk.

 Tekens en geluiden bij fietsen in groepsverband:

STOPPEN: Voorrijder steekt linkerarm omhoog en roept “STOP”. Groep geeft “stop” door naar achter

WEG VRIJ:  Voorrijder wuift met opgestoken linkerarm naar voren en roept “VRIJ”. Groep geeft “vrij” door naar achter

RECHTDOOR:  Voorrijder roept “RECHTDOOR”. Groep geeft “rechtdoor” naar achter

AFSLAAN:  Voorrijder steekt arm naar links of rechts en roept “LINKS” of “RECHTS”. Groep geeft “links” of “rechts” door naar achter

INHALEN:  Voorrijder roept “VOOR”. Groep geeft “voor” door naar achter

TEGENLIGGER:  Voorrijder roept “TEGEN”. Groep geeft “tegen” naar achter

OBSTAKEL:  Voorrijder benoemd obstakel bijv, “PAALTJE”. Groep geeft “paaltje” door naar achter

ACHTER ELKAAR:  Daar waar nodig bepaald voorrijder dan wel achter rijder,  en roept “RITSEN”. Groep geeft “ritsen” door naar voor dan wel achter en een ieder geeft elkaar de ruimte om te ritsen

INGEHAALD WORDEN: Achter rijder roept “ACHTER”. Groep geeft “achter” naar voren

PROBLEMEN: Betrokkene roept “LEK”. De overige geven dit door aan de rest en zoeken een veilige plaats om te wisselen.

LET OP : Onoverzichtelijke situatie, hond, richel, drempel, gat etc. Probeer kort en duidelijk ’te duiden’ wat het betreft.

FIETSPAD : Let op; maak vanaf nu gebruik van het fietspad.

DOORDRAAIEN : Doorschuiven aan de kop, de rechter voorrijder laat zich zakken tot achter in de groep en de linker voorrijder gaat naar rechts

LEK :   Rustig uitrijden naar een veilige plek (bij lekke band of pech).

WACHTEN : Voorin niet zo snel optrekken en/of hard rijden.

SLINGER : Scherpe kronkel in fietspad.

Kop- en staartrijders waarschuwen altijd voor naderend gevaar. Signalen doorgeven in het peloton.

De belangrijkste waarschuwingstekens:

  • Linkerhand of rechterhand omhoog (voorste man) = Vaart minderen.
  • Bij links of rechts afslaan arm extra hoog uitsteken.
  • Met de hand laag naast je zwaaien = Let op! Obstakel aan die kant.
  • Geeft waarschuwingen direct en duidelijk door naar achter of voor.

Verkeersregels:

Ook fietsers dienen zich te houden aan de Wegenverkeerswet en het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens. Degene die voorop rijden geven duidelijk aan dat zij een verkeersregel gaan opvolgen (bijv. stoppen voor rood licht) Niemand passeert degenen die voorop rijden en iedereen volgt hun aanwijzingen. Daar waar bijvoorbeeld gekozen wordt voor het fietspad, volgt iedereen dan ook het fietspad;

Een ieder blijft zelf verantwoordelijk voor zijn/haar gedragingen op de weg!.

Met in achtneming van bovenstaande  wensen de wegkapiteins, het bestuur en TC,  alle leden van Toerfiets Club Waalwijk veel veilige en plezierige fietskilometers toe.

De Toercommissie.